Het prijskaartje van een olieramp
Door Tim van Oijen
Elke dag wordt er wereldwijd meer dan 100 miljoen ton olie verscheept (afbeelding 1). Ook in het waddengebied en met name langs de scheepvaartroutes ten noorden van de Waddeneilanden vindt veel transport van olie plaats. In het verleden is het al eens mis gegaan met die transporten. In Duitsland was er bijvoorbeeld in 1998 een ramp met het Italiaanse vrachtschip Pallas. Het vloog tijdens een storm in brand en strandde een paar mijl van het eiland Amrum in de Duitse Bocht. 60 ton olie lekte in zee en leidde tot de sterfte van duizenden wadvogels, met name eidereenden. Verder werden de stranden van meerdere Waddeneilanden ernstig vervuild; de reiniging kostte vele miljoenen. De ramp leidde tot een verhoogd bewustzijn bij burgers en beleidsmakers in Duitsland van de risico’s van de scheepvaart voor milieu en economie.
Virtuele olielozingen
Mede naar aanleiding van de ramp met de Pallas, en naar aanleiding van de veelvuldig voorkomende illegale olielozingen op zee, hebben een Duitse en een Chinese wetenschapper een model geconstrueerd dat de kosten van een olieramp kan doorrekenen. Tot nog toe besteedden modelmatige studies vooral aandacht aan de manier waarop de olie zich in een bepaald gebied verspreidt. De studie spitste zich toe op de Duitse Bocht. De wetenschappers koppelden een fysisch model dat de verspreiding van olie simuleert aan een eenvoudig socio-economisch model, dat de kosten berekent. Die kosten zijn niet alleen de schade aan de natuur en de ermee gepaard gaande schade voor visserij en toerisme, maar ook de kosten van het opruimen van de olie (afbeelding 2).De onderzoekers lieten meer dan 70 verschillende virtuele olielozingen plaatsvinden variërend in lokatie en omvang. De totale kosten bleken van een groot aantal factoren afhankelijk: de hoeveelheid olie die vrijkomt; het type olie; de weersomstandigheden; de stroming; de ecologische waarde van het gebied waar de (meeste) olie terecht komt, etc. Toch bestond er een vrij eenvoudige relatie tussen de omvang van de olielozing en de schoonmaakkosten als de totale milieu- en economische kosten. Hoe hoger het aantal liters gelekte olie, hoe hoger de kosten, maar wel met steeds lagere kosten per liter. En: het loopt al gauw in de miljoenen euro’s.
Besluitvorming
Modellen als deze kunnen beleidsmakers helpen bij hun beslissingen. Zo kan bijvoorbeeld het risico op een bepaalde ramp worden afgewogen tegen de mogelijke gevolgen. Verder zou bij een ramp vlug moeten kunnen worden vastgesteld of er actie nodig is, en in welke mate. Het zou zo kunnen zijn dat het verstandiger is om maar beperkt in te grijpen en het voor de rest zijn beloop te laten. Met verstandig wordt dan bedoeld dat dan de totale kosten het laagst zijn. Daarbij blijft het zeer moeilijk om de waarde van de natuur op een juiste manier te wegen.Bron
Liu, X. en K. Wirtz (2009). The economy of oil spills: direct and indirect costs as a function of spill size. Journal of Hazardous Materials 171, p. 471-477.Artikel WadWeten
In de serie WadWeten artikelen wordt het waddengebied beschreven vanuit verschillende onderzoeksdisciplines, zoals de biologie, geologie en cultuurhistorie. Een wetenschappelijke benadering in heldere taal. De berichten worden beurtelings geschreven door wetenschappers van de Waddenacademie en de Waddenvereniging. Wilt u op de hoogte blijven? Schrijf u dan in voor het maandelijkse WADDEN nieuws of houdt deze pagina regelmatig in de gaten.
In 2010 werden een aantal WadWeten artikelen gebundeld in het boekje Waddenwijsheid (ISBN 9789087410230).
Begin 2015 kwam er een vervolg: Meer Waddenwijsheid (ISBN 9789087410322). Het rijk geïllustreerde boek geeft antwoorden op vragen als: welke beestjes krioelen er in het zand, welke wadvogels werden gegeten in de terpentijd, hoe oud wordt een zwaardschede, welke stormen zijn gevaarlijk voor de Wadden.