Onderwatergeluid in de wadgeul
Door: Gerbrand Gaaff
Menselijke herrie kan de natuur onder water verstoren. Maar welke wereld wordt dan eigenlijk verstoord? De kennis over de 'gewone' natuurlijke geluiden die te horen zijn onder de waterspiegel van een willekeurige wadgeul is nog schaars.
Geluidsgolven planten zich door water veel gemakkelijker voort dan door de lucht, met veel minder verzwakking of vervorming, en wel vijf keer zo snel. Geluiden onder water kunnen in de oceaan tot op duizenden kilometers nog hoorbaar zijn. Licht en geuren verspreiden zich onder water juist minder goed dan in de lucht, dus voor veel zeedieren is geluid de belangrijkste manier om zich te oriënteren, om voedsel of vijanden op te sporen, en om met soortgenoten te communiceren.
Eeuwige ruis
Het weer en de zee zelf zorgen voor de nodige achtergrondgeluiden. Regen en onweer, zeestromen, wind en golven, brekend ijs in de winter, alles is onder water goed te horen. Daarnaast zijn het vooral de alom aanwezige kreeftachtigen die natuurlijke onderwaterruis veroorzaken. Garnalen ritselen. Het geluid van zeepokken die hun kalkhuisjes openen is tot op kilometers afstand onder water te horen. Slijkgarnalen maken met duizenden bij elkaar een vreemd opvallend droog klinkend geluid, dat je soms zelfs, bij rustig weer lopend op het wad, boven water kunt horen. Kreeften en krabben maken met hun antennes een schrapend geluid, waarmee ze hun territorium afbakenen. Kreeftachtigen nemen de geluiden zelf ook waar. Ze reageren op elkaars geluid en op andere geluiden. Schelpdieren reageren ook op geluiden onder water, door hun kleppen open of dicht te doen.
Vissen: gemaakt voor geluid
Vissen hebben geen oren maar horen met hun zijlijnorgaan. De zenuwen in de zijlijn vangen geluiden op en geven het door aan de otolieten. Dat zijn harde gehoorsteentjes. Het zijlijnsysteem loopt door tot de zwemblaas. Ook daarmee kunnen veel soorten vissen geluiden en drukverschillen waarnemen. Vissen maken zelf vaak blaffende, grommende, klikkende of knorrende geluiden, die meestal een sociale functie hebben. Sommige soorten, zoals de kabeljauw, doen dat alleen in de paaitijd; ze trekken dan met diepe tubatonen soortgenoten aan. Bij sommige soorten kun je het geluid ook boven water nog goed horen. De poon en de zeedonderpad danken er hun bijnaam, knorhaan, aan.
Bruinvissen 'zien' zonder oren
Bruinvissen leven ook in een geluidswereld. Ze hebben geen uitwendige oren maar wel een zeer gevoelig gehoororgaan, waarmee ze ultrasone geluiden kunnen horen, tot meer dan 150.000 Herz. Ter vergelijking: een piepje dat wij mensen nog net kunnen horen is ongeveer 20.000 Herz. Bruinvissen vangen het geluid op met hun onderkaken, en geleiden het dan door naar het gehoororgaan, dat ingebed in vet in een keihard stuk bot zit. Met de bobbel op hun voorhoofd, de meloen, maken ze zelf ultrasoon geluid. Dat weerkaatst tegen de zeebodem, obstakels en zwemmende dieren, en de bruinvis reconstrueert uit de terugontvangen geluiden een haarscherp beeld van de omgeving. Met speciale apparatuur kunnen onderzoekers het ultrasone geluid van bruinvissen opnemen. Bij de nieuw aangelegde windmolenparken is onderzoek gedaan met behulp van deze 'CPODs': een langszwemmende bruinvis wordt daarmee haarfijn vastgelegd zonder enige vorm van verstoring. Bruinvissen communiceren niet met elkaar met geluiden die wij kunnen horen. Hun 'taal' is verweven in de ultrasone geluiden.
Hoe horen zeehonden?
Zeehonden kunnen goed horen, zowel boven als onder water. Hun inwendige oor is vergelijkbaar met dat van landzoogdieren zoals beren. Ze hebben alleen geen oorschelpen, want dat is hinderlijk bij het zwemmen. Onder water kunnen ze hun gehoorgang met een klepje afsluiten. Ondanks dat kunnen ze prima onder water horen. Maar voor het jagen gebruiken zeehonden geen geluid, zoals dolfijnen dat wel doen. Zeehonden sporen vissen op met hun uiterst gevoelige snorharen, waarmee ze bewegingen in het water op tientallen meters nauwkeurig kunnen waarnemen. Zeehonden maken zelf weinig geluid, met uitzondering van het gejank van jonge pups die om hun moeder roepen, waar ze hun bijnaam 'huilers' aan te danken hebben. In de paartijd maken de mannetjes grommende geluiden, maar in de rest van het jaar is het een stille boel in een zeehondenkolonie.
Dit artikel is gebaseerd op een notitie van Arthur Oosterbaan.
Luisteren
Goede geluidsopnamen uit de onderwaterwereld zijn nog schaars. Hieronder een paar voorbeelden:
bruinvis (echolocatie); garnaal; grauwe poon; kabeljauw; zeehond (huiler); golfslag; zeedonderpad; passerend motorbootje. De geluiden staan vanaf vrijdag 23 november 08.45 online.
Bronnen:
Artikel over de CPODs:
http://www.wageningenur.nl/nl/show/Akoestische-waarnemingen-van-bruinvissen-CPODs.htm
Artikel over de klik-taal van bruinvissen:
Tubbert Klausen et al, 2010: Click communication in harbour porpoises Phocoena phocoena, The International Journal of Animal Sound and its Recording, Vol. 20, pp. 1–28
http://www.marinebioacoustics.com/files/2010/Clausen_et_al_2010.pdf
Artikel WadWeten
In de serie WadWeten artikelen wordt het waddengebied beschreven vanuit verschillende onderzoeksdisciplines, zoals de biologie, geologie en cultuurhistorie. Een wetenschappelijke benadering in heldere taal. De berichten worden beurtelings geschreven door wetenschappers van de Waddenacademie en de Waddenvereniging. Wilt u op de hoogte blijven? Schrijf u dan in voor het maandelijkse WADDEN nieuws of houdt deze pagina regelmatig in de gaten.
In 2010 werden een aantal WadWeten artikelen gebundeld in het boekje Waddenwijsheid (ISBN 9789087410230).
Begin 2015 kwam er een vervolg: Meer Waddenwijsheid (ISBN 9789087410322). Het rijk geïllustreerde boek geeft antwoorden op vragen als: welke beestjes krioelen er in het zand, welke wadvogels werden gegeten in de terpentijd, hoe oud wordt een zwaardschede, welke stormen zijn gevaarlijk voor de Wadden.